Werk in de marge

Hoewel ik vroeger wel heb geëxposeerd, ben ik geen klassiek geschoolde kunstenaar die zich bezighoudt met het vervaardigen van autonome kunstwerken voor verzamelaars, galerieën en musea e.d. Mijn achtergrond is het experimentele beeldtheater uit de jaren '70 en '80 maar ik ben mij steeds meer gaan toeleggen op het bedenken en organiseren van opmerkelijke gebeurtenissen die zich afspelen in de publieke ruimte. Inhoudelijk vaak wel gelaagd en dikwijls ook met zorg vormgegeven, maar liefst niet meteen te herkennen als het werk van een kunstenaar.

Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan, dus af en toe grijp ik toch weer naar de kwasten. De schilderijen zijn vooral concentratie-oefeningen waarmee ik grip probeer te krijgen op de abstracte ideeën die vaak door mijn hoofd spoken.

Deze tekeningen en schilderingen beschouw ik als marginaal werk. Ze geven echter richting aan mijn denken en op die manier vormen ze eigenlijk altijd de basis van het serieuze werk. In de concrete projecten krijgen de geschilderde abstracties als het ware pas hun definitieve vorm.

De stijl is lekker ouderwets – een beetje zoals de door de CIA gesanctioneerde abstracte kunst van de jaren ‘50. Daarmee kan ik namelijk doelloos en zonder enige pretentie een beetje mijmeren en kliederen. Wellicht hebben ze een zekere esthetische waarde, maar met dat oogmerk zijn ze dus absoluut niet gemaakt. Het zijn louter pogingen om mijn dwalende gedachten over abstracte sociale, culturele, biologische of natuurkundige concepten zoals ‘quantumfluctuaties in het absolute vacuüm’ of ‘sociale ruimte tussen de soorten’ te verbeelden. Probeer ze dus maar niet te duiden...