Elders in de theaters
ARCHIEF:

woensdag 3 januari 2024

Top-10 beste voorstellingen 2023

Op veler verzoek heb ik een lijstje gemaakt van wat volgens mij de beste voorstellingen van 2023 zijn geweest. Er ontbreken vast een paar interessante namen want ik heb natuurlijk niet alles gezien, maar met gemiddeld vier voorstellingen per week lijkt het mij toch een aardig distillaat van al het moois dat de verschillende theatermakers op de planken hebben gebracht.

10. Tofu Cowboy – Steyn de Leeuwe

Knappe solo over Steyn’s eigen belevenissen als ggz-verpleegkundige tijdens en net na de corona-crisis. In deze lunchvoorstelling zijn die ervaringen samengebracht in vier verschillende ‘klanten’ die hij thuis bezoekt. Razendsnelle wisselingen van personages – geweldig grappig en aandoenlijk. Zelf bedacht, zelf geschreven en zelf gespeeld dus vijf bonuspunten.

9. Ik heb gezongen op mij moeders begrafenis – Roos Bottinga

Opnieuw vijf bonuspunten voor een zelfgemaakte solo. Dit keer over de moeilijke verwerking van het plotselinge overlijden van Roos’ moeder. Ja, er vloeien tranen, maar de manier waarop zij in deze kleine voorstelling de hechte band tussen moeder en dochter invoelbaar maakt, gaat verder dan een therapeutische sessie. Een paar van mijn theatervriendinnen vonden het maar aanstellerig gedoe, maar oude theatermannen als Kerster Freriks en Constant Meijers waren net als ik erg onder de indruk van dit grote talent. Ik volg Roos al sinds haar stage en afstuderen van ArtEZ (zelfde lichting als Eefje Pannenburg en Marie-Mae van Zuilen!) maar met deze eerste voorstelling oversteeg zij al mijn verwachtingen. Hoewel de titel dat misschien suggereert, wordt er niet gezongen in deze voorstelling maar ook dat kan zij erg mooi. Het is te hopen dat dit bijzondere talent behouden blijft voor de ware podiumkunst en zij de verleiding van een ongetwijfeld aanlokkelijke rol in een of andere musical of, God verhoede, suffe televisieserie kan blijven weerstaan.

8. The Omen – Tijd van de Wolf /Alexandra Broeder

Nog zo’n voorstelling met een zeker therapeutisch gehalte, maar die daar in beleving ook weer ver bovenuit stijgt. Dit keer stonden er acht jonge vrouwen op het toneel die momenteel in behandeling zijn voor anorexia of daar net uitkomen. Alexandra had ze daar als versteende madonna’s neergezet: enerzijds als een aanklacht tegen de dikwijls onbeholpen manier waarop dit complexe en wijdverbreide, sociaal-maatschappelijke probleem nog altijd als ‘psychische stoornis’ wordt behandeld, anderzijds als collectieve schreeuw om meer bewegingsruimte – d.w.z. ruimte om gewoon zelf te mogen uitzoeken wie je wilt zijn in een samenleving die weinig plek biedt aan vrouwen die niet aan bestaande rolmodellen kunnen of willen voldoen. Voor wie een beetje bekend is met de problematiek rond eetstoornissen is dit geluid niet echt nieuw, maar de manier waarop deze dappere meisjes hun eigen verhaal in deze voorstelling verwoordden, was meer dan indrukwekkend. Ook erg goed dat Alexandra zichzelf dit keer wat expliciter liet zien. Dat kostte haar zichbaar moeite en precies die gevoelige snaar maakte deze voorstelling oprechter en overtuigender dan haar vorige projecten over en met meisjes met psychische problemen.

7. En ze maakte een kind – Sara Sluimer, Nita Kersten, Meral Polat/Orkater

Kleine lunchvoorstelling van regisseur Nita Kersten met powerhouse-actrice en zangeres Meral Polat over de keuze wel of niet kinderen krijgen – in het bijzonder of kinderen en kunst wel samen gaan. In deze solo besluit Meral om de grote wens van haar vader in vervulling te laten gaan en live on stage een dochter te baren – niet letterlijk maar als conceptueel idee. In een geweldige performance sleurt zij ons vervolgens mee naar de twijfel, de sociale druk, de zorgen en angsten, het geleidelijk verstommen van alle logische gedachten en de overgave aan de aanzwellende reeks golven van de oneindige reeks moeders die haar voor gingen, de ondraaglijke fysieke pijn en uiteindelijk de ontnuchterende werkelijkheid van iets nieuws te hebben gecreëerd. Het wiegelied waarmee Meral Polat de hoop uitsprak dat deze dochter in alle vrijheid mag opgroeien, was bijna letterlijk adembenemend – het deed Sarah Sluimer, de schrijfster van de prachtige tekst, naar eigen zeggen in tranen uitbarsten. Ik hield het eerlijk gezegd ook niet droog.

6. Het nut van Edo Dompelmans – Simme Wouters & Jasper Stoop/Orkater

Deze voorstelling zag ik pas in de laatste week van december maar belandt meteen op plek zes want het is echt een wonderbaarlijk mooi stuk. Simme Wouters is een schrijver met een perfect gevoel voor het kleine en het absurde (volgens Sem Anne van Dijk is hij zelfs de nieuwe Becket). In deze voorstelling over een wat verloren ziel in een failliete kringloopwinkel met spullen van een overleden, kleptomatische moeder bereikt hij samen met zijn compaan Jasper Stoop en muzikant Radek Fedyk echt grote hoogten. Ik kijk uit naar hun volgende voorstelling die zij binnenkort bij Orkater gaan maken.

5. Prima Facie – ITA

Het stuk van Suzie Miller over een succesvolle advocaat van zedendelinquenten die, na door een collega te zijn verkracht, zelf met het oneerlijke rechtssysteem te maken krijgt, was al een grote hit in Melbourne en London. Het is meteen ook de knallende eerste hit van Eline Arbo als nieuwe regisseur bij ITA. Niet in het minst, of eigenlijk vooral door het ongelooflijk knappe en intense spel van Maria Kraakman. De voorstelling heeft terecht overal vijf sterren gekregen – behalve in de Theaterkrant want daar vond Marijn Lens het weliswaar een belangrijk stuk, maar in de een-op-een-enscenering van Eline Arbo bijzonder conventioneel en voorspelbaar. Bij monde van angeheuchte Gerard Soetelief was ik het daar in de Theaterkrant eigenlijk wel mee eens. Maar ja… Maria Kraakman.
Zie het commentaar en de discussie onder de recensie van Marijn Lems.

4. Het geheven vingertje – Artemis

Al jaren maakt Artemis naar eigen zeggen ‘verstandig theater voor het betere kind’. Dat geldt zeker voor deze jeugdtheaterhit uit 2007 die dit jaar in reprise ging. Zelden heb ik in het theater zo hard gelachen. Het eerste kwartier met nors zwijgende vertegenwoordigers van de kindertheatervakbond (fijne rol Janneke Remmers!) was al behoorlijk geniaal, maar wat er daarna allemaal gebeurde, valt niet te beschrijven. De voorstelling is ooit gemaakt voor kinderen (10+) maar de uitverkochte grote zaal van Frascati zat beide avonden vol met dramaturgen, acteurs, regisseurs en docenten en leerlingen van de toneelschool want niemand wilde de reprise van deze briljante voorstelling missen.

(De reprise van Een voorstelling die schijt heeft aan zijn eigen vage titel van Artemis was overigens ook vreselijk grappig en heel goed, maar er kan van ieder gezelschap natuurlijk maar één voorstelling in deze top tien staan...)

3. Desire – Louis Janssens

Een hele eenvoudige, kleine voorstelling die diep weet te raken. De Vlaamse acteur Louis Janssens stond eerder met Willen de Wolf in de voorstelling Analoog (de Hoe) en nu heeft hij deze prachtige tekst over verlangen geschreven. Terwijl ze voorzichtig met handen en armen fysiek contact met elkaar zoeken, spreken de vier acteurs met ontblote bovenlijven afwisselend allemaal kleine en grote wensen en (homo-erotische) fantasieën uit. De tekst golft op een mooie muzikale manier van intens en uitzinnig naar luchtig en verstild. Uiteindelijk belanden de vier mannen met elkaar in een lieflijke omhelzing en dan volgt Louis Janssens met een lange, steeds intenser uitgesproken opsomming van alles wat er mooi is aan het leven. In al zijn eenvoud een schitterende, roerende voorstelling. Maar met met oog op die laatste cornucopiaanse uitstorting had er voor mensen met uitbehandelde longkanker vooraf wel even een tricker warning mogen zijn...

2. Holy Shit – Suzanne Grotenhuis

Deze solo heeft maar twee dagen in De Brakke Grond gestaan en is ook nauwelijks opgemerkt, maar voor mij was het een absoluut hoogtepunt. De voorstelling begint als een soort conference waarin Suzanne in een rare regenjas met een haaienvin op de rug op een nuchtere, droogkomische manier over haar tamelijk rampzalig verlopen reis naar het Fringe Festival in Edingburgh vertelt. Die lichte toon houdt ze vast terwijl het verhaal steeds grimmiger wordt en zo sluipt er langzaam een donker geluid in de voorstelling. Het is de koude toon van de verpletterende eenzaamheid die zij in een postnatale depressie heeft gevoeld. In de manier waarop zij die eenzaamheid in deze voorstelling verwoordt, heeft zij het tegelijkertijd over de samenleving die veel te hoge eisen stelt aan mensen, waarin dingen niet mogen mislukken en iedereen het te druk heeft en er geen tijd is om gewoon een beetje naar elkaar om te zien. Op een hele simpele maar aangrijpende manier weet zij het particuliere zo te verheffen tot snoeiharde cultuurkritiek. Of misschien juist omgekeerd: theoretische cultuurkritiek terug te brengen tot een hartverscheurend concreet drama.
Luister ook naar dit interview met Suzanne over haar boek ‘Waar zijn de Wolken’.

1. The Cadela Força Trilogy deel I: The Bride and the Goodnight Cinderella – Carolina Bianchi

Tja, wat valt er te zeggen over een voorstelling die begint met een kunsthistorische lezing van bijna een uur waarin de vorig jaar van de DasArts Theatre afgestudeerde Carolina Bianchi de schilder Botticelli en de Hel van Dante verbindt met een performance uit 2008 van de Italiaanse kunstenaar Pippa Bacca. Een voorstelling waarin Bianchi zichzelf met een daterape drug (‘Boa Noite, Cinderela’) drogeert en de rest van de voorstelling bewusteloos onder een dekentje ligt terwijl de dansers van haar groep Cara de Cavalo de koortsachtige nachtmerrie van haar eigen verkrachting naspelen – een nachtmerrie die, net als na haar eigen aangifte bij de politie, eindigt in een wijdbeens vaginaal onderzoek dat zij in half-gedrogeerde toestand ondergaat en die ons op een groot scherm wordt getoond.

Heavy shit dus. Zo'n samenvatting is voor mij doorgaans ook voldoende om die avond maar weer eens een filmpje te pakken of zo, maar in dit geval ben blij dat ik de voorstelling toch ben gaan zien. Ik heb namelijk tweeënhalf uur lang volkomen gebiologeerd zitten kijken hoe diep deze kunstenaar bereid is te gaan in het willen doorgronden en verwerken van haar eigen trauma. Dat doet zij aanvankelijk door de mogelijk diepere sociale en culturele oorzaken van masculien geweld en femicide te verkennen. Maar zij realiseert zich al snel dat dat niet voldoende is. Voor de kunstenaar Bianchi gaat theater in essentie om het gemeenschappelijk herbeleven van menselijk drama. Voor haar afstudeerproject zette zij dus dit middel in om haar eigen nachtmerrie een plek te geven. En die (letterlijk fysieke) overgave aan de kunst gebeurt op zo’n eerlijke en overtuigende manier, dat wij ons als publiek gewillig laten meevoeren in haar hellevaart en het trauma zo inderdaad wordt ‘gedeeld’.

Met dat delen wordt ook duidelijk waarom Bianchi in de introductie zo uitgebreid over de performance van Pippa Bacca heeft gesproken. Door in haar eentje in bruidsjurk door alle Balkanlanden te liften, wilde deze kunstenaar de door oorlog getraumatiseerde bevolking laten zien dat om verder te kunnen samenleven, men elkaar weer een beetje moest leren vertrouwen. Zij deed dit door als eenzame lifster in een trouwjurk letterlijk ‘vertrouwen’ in haar medemensen te tonen. Het inzetten van haar eigen lichaam voor dit naïeve idee moest Pippa Bacca met dood bekopen want uiteindelijk is zij op gruwelijke wijze verkracht en vermoord.

Het met geweld schenden van vertrouwen – dat is precies waarom een verkrachting (en helemaal een daterape) zoveel meer is dan een fysiek misdrijf en het zulke diepe psychische wonden slaat. Het basale vertrouwen dat mensen in elkaar hebben en dat essentieel is voor ons bestaan als hypersociale wezens, dat is wat er bij verkrachting wordt geschonden. En dat is wat Carolina Bianchi’s met het delen van haar traumatische ervaring en het daarbij inzetten van haar lichaam, in deze voorstelling weer probeerde te herstellen. En daar slaagde zij wat mij betreft dus dus geweldig in. Zo was deze tweeënhalf uur durende performance een sublieme demonstratie van de rituele kracht van theater!

Hors concours

Er zijn twee voorstellingen die nog wel even genoemd moeten worden. Beide niet in de top-10 omdat het eigenlijk geen gewone theatervoorstellingen waren.

Allereerst het optreden van Jacob Derwig tijdens Theater Na de Dam op 4-mei in Carré. De hachelijke performance ‘Waarvoor wij strijden’ met een ijzersterke tekst van Bo Tarenskeen maakte veel los en is nu al legendarisch. Ik zat helemaal bovenin het uitverkochte Carré en helaas net te ver van het podium om mijn flesje water als ongewenst attribuut naar Jacob’s proto-fascistische rotkop te kunnen gooien – was het nóg spannender geworden...

Volgens vriend Frank was ‘The Making of Berlin’ van de Belgische regisseur Yves Degryse geen theater- maar een filmvoorstelling. Dat ben ik bij nader inzien ook wel met hem eens, maar deze fantastische theaterdocumentaire mag gewoon niet ongenoemd blijven. Het gedoe rond de productie van een bijna onmogelijke project deed mij sterk denken aan de grote theatrale projecten en performances die wij in het verleden hebben gedaan. Sowieso was het een voorstelling die ik vroeger heel graag zelf had willen maken. Gelukkig zijn mijn ambities inmiddels wat afgezwakt...

Nog te zien:

Het geheven vingertje - ArtemisHoly Shit - Suzanne GrotenhuisThe Bride and the Goodnight Cinderella - Carolina BianchiDesire – Louis JanssensHet nut van Edo Dompelmans – OrkaterPrima Facie - ITAEn ze maakte een kind – OrkaterThe Omen – Tijd van de Wolf/Alexandra BroederIk heb gezongen op mij moeders begrafenis – Roos BottingaTofu Cowboy – Steyn de Leeuwe